GO-Foto-logo-wit
5 Handige tips voor concertfotografie
Charles Bradley Concertfotografie GOfoto

Gepubliceerd op

Foto’s houden herinneringen vast. Logisch dus dat je tijdens popconcerten tientallen mobieltjes ziet oplichten. Iedereen wil thuis laten zien hoe prachtig het optreden van de favoriete artiest(en) was. Jammer genoeg valt het resultaat van de opname meestal behoorlijk tegen. De foto’s zijn onscherp, onder- of overbelicht en er is vaak heel veel ruis te zien. Dat kan anders. Hieronder staan 5 handige tips voor concertfotografie.

Als je wilt swingen tijdens een concert, laat je grote camera dan lekker thuis. Je zult er alleen maar last van hebben. Houd het bij de smartphone, maar probeer in ieder geval een fotografie-app te vinden waarmee je een aantal instellingen van de telefoon kun vastzetten (sluitertijd en ISO). Voor de iPhone is Camera+ een populaire app (€3,50).

Rampzalig licht

Ik ga er in dit artikel vanuit dat je een grote camera meeneemt. De meeste tips kun je echter ook gebruiken als je de geïnstalleerde app op je mobiel gebruikt.

De lichtomstandigheden tijdens een concert zijn altijd rampzalig. Het is vaak vrij donker en de spotlights lichten voortdurend andere plekken op het podium uit. Het is dus superlastig om je camera goed in te stellen. De automatische stand van je toestel is volstrekt onbetrouwbaar. Ik raad je daarom aan om alle instellingen handmatig te kiezen.

1. Begin met de sluitertijd

 

Concertfotografie-Alain-Clark-©Gerard-Oonk-300x300
ALAIN CLARK | 200MM, F2.8, 1/250, ISO800

Het is zaak om bewegingsonscherpte op het podium te voorkomen. De sluitertijd is dus belangrijk. Bij het optreden van een stilzittende singer-songwriter (1/80 seconde) heb je andere instellingen nodig dan bij een headbangende leadzanger (zeker 1/320 seconde).

En…: als je een zoomlens gebruikt, dan moet de sluitertijd steeds korter worden naarmate je verder inzoomt. Probeer daar het eerste kwartier van het concert een beetje mee te experimenteren.

2. Kies een hoge ISO-waarde

De meeste moderne camera’s kunnen redelijk goed overweg met hoge ISO-waarden. Begin maar eens met ISO1600, of 3200. Veel hoger moet je liever niet gaan, want dan ga je echt ruis zien, zeker in de donkere delen van de foto. Er zijn popzalen waar zo weinig lampen hangen dat je toch hogere ISO’s moet gebruiken. In dat soort gevallen kun je kijken of er achteraf met speciale software nog iets te redden valt. Soms helpt het ook om de foto om te zetten naar zwart-wit. Je blijft dan wel ruis zien, maar je ervaart het als minder storend.

3. Draai het diafragma open

Concertfotografie-Candy-Dulfer-©Gerard-Oonk-300x300
CANDY DULFER | 140MM, F3.5, 1/200, ISO500

Je moet zoveel mogelijk licht op je sensor zien te krijgen. Het diafragma moet dus -zo ver als wenselijk- open (een klein getal). Mijn ervaring is dat het diafragma meestal uitkomt op 2.8, 3.5, of hooguit 5.6. Het resultaat is dat je een heel kleine scherptediepte krijgt (zeker met een telelens), maar dat is vaak wel mooi. Je isoleert een muzikant dan van de rest en je kunt de volledige overgave van een zanger perfect in beeld brengen.

Het voordeel van een groothoeklens is dat je met een klein diafragmagetal toch vrij veel scherp in beeld krijgt. Als je dus graag overzichtsfoto’s van een popzaal, of een volledig podium wilt maken, schroef dan een groothoek op je body.

4. Stel in op spotmeting

Het licht op een podium wisselt heel sterk. Het ene moment staat de zanger in een minimaal straaltje van een volgspot, het volgende moment is het hele podium knalblauw of -rood. De software van je camera probeert zoveel mogelijk een gemiddelde van al die lichtverschillen in je hele beeld te berekenen. Dat gaat gegarandeerd mis.

Als je kiest voor spotmeting op -bijvoorbeeld- het gezicht van de optredende artiest, dan is in ieder geval je hoofdonderwerp goed uitgelicht. De camera berekent met deze instelling maar een heel klein deel (‘spot’) van het licht in je complete beeld. Ook deze methode biedt overigens geen volledige zekerheid op een perfect eindresultaat. De computer in je camera blijft namelijk zoeken naar een ‘gemiddelde’ lichtsterkte (18% grijs in vakjargon).

Norah-Jones-groepsfoto-©Gerard-Oonk-PICT2855-004-758x427
NORAH JONES | 75MM, F2.0, 1/60, ISO200

5. Start klein

Als je serieus aan de slag wilt met concertfotografie, begin dan in kleine zalen, of buurthuizen. Je krijgt daar meestal meer vrijheid dan in de grote poparena’s. Openluchtconcerten zijn ook fijn om mee te starten. Je hebt vaak meer (dag)licht en het is makkelijker om dichtbij het podium te komen.

Bij de grote acts heb je vaak een accreditatie nodig als je een grotere camera meebrengt. Het zou jammer zijn als je bij je eerste stappen op weg naar concertfotograaf al wordt weggesleept door breedgeschouderde veiligheidsbeambten. Check dus altijd vooraf of je wel een camera mee naar binnen mag nemen.

Ik wens je veel prachtige concertherinneringen!

Dit artikel is eerder gepubliceerd op de website van Fotoschool Keistad in Amersfoort.

Bekijk ook de andere fototips.

andere
verhalen