Maandag de dertiende: Zoonlief is duurzaam. Hij doet er niet moeilijk over, maar een laptop zal ‘ie niet een nacht in de sluimerstand laten staan. “Dat is beter voor later”. Ik ben de laatste om zijn ideeën aan te vechten. Hij heeft immers meer later dan ik. Sterker nog: ik begin erg veel sympathie te voelen voor zijn standpunten.
De verwarming staat al lager, de elektrische kookplaat gaat halverwege de garende aardappels uit en ik kijk naar energiezuinige autootjes. Oh ja, en ik breng oude huisraad naar de kringloopwinkel. Het gaat me te ver om er zelf ook iets te kopen, maar het weggeven van bezit gaat me goed af.
De kringlopers zullen blij met me zijn, want de laatste weken heb ik het halve huis leeg gehaald. Mijn eega fluistert zelfs al angstig dat ik misschien het huisvrouwensyndroom te pakken heb. Dat was wel schrikken, want dan ben ik honderd keer liever duurzaam.