Donderdag 27 november 2014: Vandaag voelde ik me even als een dikke vis in het water.
Eens per jaar mag ik een discussie begeleiden bij de Nederlandse Vereniging van Dierentuinen. Dat is geweldig om te doen: veel leuke mensen en spannende thema’s. Dit keer was Harderwijk de plaats van samenkomst; het Dolfinarium om preciezer te zijn.
We spraken over veiligheid. Er was een adjunct van het Rijksmuseum, een directeur van Schiphol en een curator uit Emmen.
Je gelooft je oren niet als je hoort wat er allemaal uit de kast wordt getrokken om bezoekers en passagiers niet in gevaar te brengen. De spanning tussen goed gastheerschap en uitgebreide veiligheidscontroles speelt overal waar veel mensen samenkomen. De centrale vraag is: hoeveel preventieve maatregelen laten we ons welgevallen voordat het echt vervelend wordt. We weten dat detectiepoortjes tegenwoordig noodzakelijk zijn om ellende te voorkomen, maar als we er een half uur voor in de rij moeten staan, is het niet leuk meer.
Je denkt bij al die voorzorg al gauw aan bestrijding van terrorisme, gestoorde mannen met Stanley-messen in de buurt van de Nachtwacht, of aan geile Bokito’s die ontsnappen (daar helpt overigens geen detectiepoortje tegen).
Toch komt het gevaar soms uit onverwachte hoek.
Vandaag werd Avifauna in Alphen aan de Rijn gesloten, omdat er vogelgriep in de buurt is geconstateerd. Niks enge mannen, of bijtgrage beesten, gewoon poep die uit de lucht komt vallen. Ook dat kan gevaarlijk zijn….