342-2013 De Gouden Ring
Drukke winkelstraat

Gepubliceerd op

Zondag 8 december 2013: Erik en ik zijn twee provinciaaltjes in Parijs. We kijken onze ogen uit. Natuurlijk hebben we zelf het idee dat we er bij horen. Alleen de alpinopet ontbreekt, maar verder zal geen mens zien dat we eigenlijk toeristen zijn. Het is dan ook niet verwonderlijk dat een buitenlands ogende man op ons toeloopt. Waarschijnlijk om de weg te vragen. Maar nee, net voor onze voeten raapt hij een kolossale gouden ring van de grond. “Of wij ‘m verloren zijn”, vraagt ‘ie.

Erik praat graag met mensen en begint een sympathiek gesprek met de man. Ik loop vast een stukje door om nog wat plaatjes te schieten. Als mijn goede vriend later weer aansluit, heeft hij de ring bij zich. Hij oppert om het ding af te geven bij de politie, want zo is Erik. Ik vraag nog waarom de man dat zelf niet gaat doen. Iets met vindersloon en zo. Erik zegt dat het een illegaal is en dat een politiebureau niet zijn favoriete omgeving is. Terwijl we nog wat staan te filosoferen, worden we door dezelfde man weer aangesproken. Dit keer wil ‘ie geld. Hij krijgt z’n ring terug en wij zijn volledig genezen van ons zelf-gecreëerde autochtonenidee.


 
Vandaag is Musée d’Orsay aan de beurt. Het ligt tegenover het Louvre, aan de andere kant van de Seine. De zon doet het inmiddels prima en ik maak nog een paar foto’s.
Orsay is een voormalig station, omgebouwd tot kunsthal. Het gebouw is echt waanzinnig mooi gerenoveerd. Die Fransen weten wel hoe ze kunst moeten etaleren!!! Ik ben iets minder enthousiast over de collectie dan Erik, maar het blijft prachtig. Het museum vindt dat fototoestellen in de tas moeten blijven. Ze controleren ook strikt. Alleen een overzichtsplaatje valt nog te schieten.


 
Terwijl Erik nog wat langer ronddoolt tussen de impressionisten, ga ik de straat weer op. Ik zie dat twee ringenvinders elkaar in de haren vliegen omdat de één het territorium van de ander binnendringt. “Goud genoeg”, denk ik met een blik op het hekwerk rond het Louvre, maar blijkbaar te weinig ruimte.


 
We hebben vandaag de Metro ontdekt en reizen van hot-naar-haar. Uiteindelijk komen we aan op de Champs Elysees. Het is er een beetje druk. De kerstmarkt trekt nogal wat belangstelling, het weer is uitstekend en het is zondagmiddag. ’t Is zwart van de mensen (zie eerste foto). Toch valt de rij voor de Arc de Triomphe best mee. We staan, na een half uur wachten en eindeloos veel traptreden later, boven op het oorlogsmonument van Napoleon. De avondzon zakt langzaam achter de banlieues en wij staan stil bij het daverende stadsgeluid. Onder ons krioelt de metropool als een poppenhuis.

andere
verhalen