Het wordt geen lang verhaal vandaag (denk ik). De hooikoorts heeft zich in alle hevigheid aangediend en ik lek als een oude gieter… Kort dus!
De Grote Rode Bolide doet het nog steeds. Verhuurbedrijf Hertz zal wel van ons balen. Dat vereist een beetje uitleg.
Ik schreef dat we gisterochtend heel goed geholpen zijn door twee vriendelijke Amerikanen (Dave en Danny). Van Danny heb ik het mobiele nummer gekregen en gisteravond had ik even contact met hem. Hij wist te vertellen dat er aan het eind van de middag een trailer met een nieuwe Ford Mustang op het vliegveld van Grand Canyon was gearriveerd. Wij zaten op dat moment al ruim 250 kilometer verderop in Kingman aan Route 66. De reservewagen kwam waarschijnlijk helemaal uit Phoenix. Kijk maar eens op de kaart hoe lang ze daar over hebben gedaan. Pff, dat zal wel een standje worden als we morgen de auto terugbrengen. Het verhaal is overigens nog veel uitgebreider dan dit, maar dat komt een andere keer wel.
Het eerste grote avontuur vandaag was de ontmoeting met een heuse Coyote. Op een eerdere reis heb ik er ook al eens één gezien. Geen idee of dit dezelfde was. Excuus voor de kwaliteit van de foto, maar er was te weinig tijd om op de juiste instellingen van de camera te letten.
De foto’s van vandaag zijn allemaal een beetje minder. Dat komt omdat ik een speciaal filter voor de lens heb geschroefd. Het was de bedoeling dat daarmee de fletse luchten een beetje kleur zouden krijgen, maar ik ben eigenlijk over geen enkele foto echt tevreden.
De zon brandde heel hard en er was geen wolkje te bekennen. Voor Willy: de temperatuur liep bij Joshua Tree op tot 91 graden Fahrenheit.
We hebben heel veel kilometers gemaakt. Misschien wel de meeste van alle afgelopen dagen. Amerika is groot, heel groot en dat hebben we vandaag gezien.
Ik schreef al eerder over uitgestrekte woestijnen en lege prairies. Dat was allemaal niks vergeleken met wat we vandaag hebben gezien. De leegte was oorverdovend (zeker met een verkouden hoofd). Ik heb nog nooit zoveel niks gezien. De wegen waren schier eindeloos en verkeer was nergens te bekennen. Ik weet nu waar ‘the middle of nowhere’ ligt, namelijk langs de I-62, ten noorden van Joshua Tree.
Stel je voor: je hebt 100 kilometer lege vlakte en daarna weer 100 kilometer van hetzelfde, dan moet je wat. Amerikanen zijn vindingrijk en hebben hun eigen afleiding bedacht. Zo troffen we midden in de vlaktes een hek met duizenden schoenen. Daarnaast stond een vlag fier te wapperen.
Of wat te denken van zeker dertig Mile lang een eindeloze rij namen van steen langs de spoorlijn. Het hield gewoon niet op. We hebben overwogen om een tekstje als ‘Groeten uit Holland’ toe te voegen, maar daarvoor ontbrak de tijd.
Joshua Tree is vooral bijzonder. Je gaat denken dat Yukka’s de norm zijn. Er staat namelijk geen enkele andere boom. Opvallend zijn ook de rotsen. Ze lijken er lukraak te zijn neergesmeten. Ik ga nog eens opzoeken hoe dat zo gekomen is. Sander en ik denken dat het oprukkende ijs in het verre verleden de boosdoener is, maar doorgestudeerde geologen zijn we niet.
In het Joshua Tree-park vonden we een grotere slang. Hij was dood. Je ziet Sander aan het werk bij het lijk. Daarna het resultaat van zijn dappere werk (je ziet dat ik zelfs bij een dóde slang nog afstand houd).
Na Joshua Tree moesten we nog een paar uur rijden. Dit keer door bewoond gebied.
De stad is echt enorm groot. Ik denk dat we zeker drie hebben gedaan over de rit van buitengebied tot centrum en dat allemaal over een redelijk rustige snelweg met een vaartje van gemiddeld 90 kilometer per uur. Net voor LA zagen we een windmolenpark langs de snelweg. Ook voor dit soort projecten pakken de Amerikanen flink uit. We hebben zeker zo’n 15 kilometer lang duizenden windmolens zien staan.
Morgenochtend doen we rustig aan. Nu eerst een verkwikkend slaapje en dan de koffers pakken voor de terugreis.
Meer weten over kamperen (met een camper) in Joshua Tree National Park, check ‘Your RV Lifestyle‘.