Er liggen nogal wat sporen van mijn verleden in Zwolle. Met enige regelmaat ga ik terug om ze te zoeken. Dat is meestal ook een goede aanleiding om een hapje te eten bij Grand Café Las Rosas en een bezoek te brengen aan museum De Fundatie.
Vandaag was het weer zover. De tapas was heerlijk als altijd en het museum hing vol met maar liefst vier exposities. Mijn aandacht ging vooral uit naar ‘Dutch Identity‘, een dwarsdoorsnede van de hedendaagse portretfotografie in ons land. Ik pik er één opvallende foto uit…
Er hangt werk van 24 Nederlandse fotografen, vaak drie tot vijf foto’s per fotograaf. Een enkele keer veel meer. Om een paar namen te noemen: Koos Breukel, Anton Corbijn, Desiree Dolron, Pieter Henket, Vincent Mentzel, Erwin Olaf en mijn favoriet uit de lange lijst: Joost van den Broek.
Landschappen
Even een tussenshot: een enkele keer hangen er plotseling ook landschapsfoto’s tussen de portretten. Ik zal de intellectuele bagage wel missen om dat te snappen, maar -voor mij- was die stijlbreuk erg storend. Niks mis met die platen, want het waren schitterende landschappen, maar ze hoorden daar op dit moment niet thuis.
Topper
Goed: Joost van den Broek dus. Je hebt eerst een heel klein beetje uitleg nodig. Ik heb me namelijk voorgenomen om bij ieder museumbezoek één kunstwerk uit te roepen tot mijn favoriet. De nummerrrrr 1! Dat moest vandaag ook gebeuren en dat bleek een buitengewoon lastige taakje. Er hangt een serie meisjesportretten van Danielle Kwaaitaal die ik ongelooflijk mooi vind. Dat geldt ook voor de gespiegelde portretten van Pieter Henket in de hal waar de lift zit.
Erwin Olaf weet me ook iedere keer weer te verrassen met z’n foto’s waarin iedere pixel nabewerking heeft gehad. Maar… na drie zorgvuldige rondjes door de museumzalen, kies ik toch voor een portret van Joost van den Broek.
Het journalistieke werk van Joost van den Broek is onovertroffen in ons land. Hij weet altijd feilloos de kritische momenten te vangen. Zijn hersens moeten werken met de snelheid van het licht, want sommige vastgelegde momenten kunnen niet meer dan één seconde hebben geduurd. Je moet ze als fotograaf dus aan zien komen en precies op het goede moment op de ontspanner drukken. Joost van den Broek is de absolute meester.
Moderne Meester
Zijn portretten vallen ook vaak in de prijzen. Van den Broek wordt geroemd om het gebruik van natuurlijk licht, onverzadigd kleurgebruik en de geringe scherptediepte in de foto’s. Ik zie zelfs dat hij in één adem wordt geroemd met de Oude Hollandse Meesters… Ik onderschrijf al die kwaliteiten en vind ze bij ‘Dutch Identity’ terug in een portret van Remco Campert. Dit is mijn favoriet van dit museumbezoek. De foto blijft maar aantrekkingskracht op me uitoefenen.
Toch is er iets waar ik wel eens met Joost van den Broek over zou willen praten. Ik leg het uit.
Er mag een hoek af zijn
Het is goed gebruik in de portretfotografie dat de ogen ragscherp zijn. Dat is bij deze foto niet het geval. De scherpte ligt er ongeveer twee centimeter voor, namelijk op het brilmontuur.
Het gaat bij de diafragma-opening die Van den Broek hier heeft gekozen echt om millimeters. In dit portret levert het enigszins getroebleerde ogen op. Vooral het rechteroog is wazig. Dat kan natuurlijk opzet zijn geweest, maar ook een missertje. Als Campert of Van den Broek tijdens de opname heeeeeeeel iets heeft bewogen, dan is het eindresultaat anders dan Joost van den Broek had gehoopt.
Schoonheid is niet perfect.
Dutch Identity is te zien tot en met 17 april 2016 in Museum De Fundatie in Zwolle